De toegang als sturingsmiddel voor jeugdhulp

Sinds 2015 ligt de jeugdhulp bij gemeenten. Een grote verantwoordelijkheid, die bovendien moet worden uitgevoerd met een kleiner budget. De afgelopen jaren is echter het aantal jeugdigen in zorg en de hoeveelheid zorg per jeugdigen alleen maar gestegen. In dit stuk betoogt collega David van Zijl dat de gemeentelijke toegang hét instrument is voor de gemeente om wel binnen de kaders te blijven.

Waarom de toegang?

De toegang is ideaal gepositioneerd om te kunnen dienen als gemeentelijk stuur van de jeugdhulp:

  • De toegang bepaalt wie jeugdhulp krijgt en welke jeugdhulp dat is. Daarmee bepaalt de toegang waar het geld aan uitgegeven wordt.
  • De toegang zit aan de voorkant van het proces, met de hand op de kraan zogezegd.
  • De toegang biedt idealiter geen hulpverlening, en is daarmee in staat zowel het belang van de jeugdige als het belang van de gemeente mee te nemen.
  • De toegang heeft als enige overzicht over wie welke jeugdhulp ontvangt, bij wie dit was en hoeveel dit heeft gekost. Andere partijen in de keten hebben dit overzicht niet.

Door trial and error komen steeds meer gemeenten hierachter. Alternatieve aanpakken richten zich op het de rol van de gemeente als financier (controleren van declaraties), inkoper (contractbeheer) of laagdrempelige hulpverlener (bijvoorbeeld wijkteams). Bij de declaratie is de gemeente echter te laat: de zorg is al geleverd. Contractbeheer bepaalt niet wie er zorg krijgt. En de hulpverlener verkiest het perspectief van de cliënt al snel boven dat van de gemeente.

Hoe kan de toegang sturen op de jeugdhulp?

Het is niet vanzelfsprekend dat de toegang in de positie komt om te sturen. Er is immers concurrentie: binnen de jeugdwet zijn meer partijen die toegang kunnen geven aan jeugdhulp, zoals de huisarts en de rechter. In bepaalde regio’s wordt door de toegang ook een dubbelrol vervuld, doordat daar ook (laagdrempelige) hulpverlening wordt geleverd. In andere gevallen zit de toegang juist ver weg, en komt pas in actie als er een expliciete hulpvraag wordt gesteld.

Als je wilt sturen met de toegang, wat is dan belangrijk?

  1. Duidelijke omschrijving en focus op de kerntaak van de toegang: het reguleren van de instroom, doorstroom én uitstroom van jeugdhulp. Dit betekent: keuzes maken. Soms is het belangrijk om te kiezen om dingen niet te doen (of een lagere prioriteit te geven), zoals hulpverlenen en het uitvoeren van allerlei beleidsdoelstellingen van jeugdgezondheid. Of besluiten om juist meer te gaan doen: voor het reguleren van uitstroom is langdurige casusregie nodig, niet slechts aan het begin van een traject.
  2. De toegang gaat over 100% van de jeugdhulp. Dit betekent dat de gemeente in de positie moet komen om ook de toestroom van andere verwijzers te reguleren. Dit is een uitdaging, maar er zijn regio’s/gemeentes waar dit in de praktijk gebeurt. Deze rol van de toegang kan vastgelegd worden in de verordening en in inkoopafspraken. Ook zonder dit soort harde afspraken kunnen gemeenten sturen op de toestroom door regelmatig casuïstiekoverleg te voeren met zorgaanbieders en verwijzers.
  3. Leg een duidelijke organisatiestructuur neer. Het is belangrijk dat alle onderwerpen die spelen rond de toegang belegd zijn bij een verantwoordelijke. Beschrijf de processen, en zorg dat deze meetbaar zijn.
  4. Een eenduidige, snelle en doelmatige triage. Hierdoor kan snel bepaald worden of en welke jeugdhulp nodig is. Een belangrijk aspect is scheiding aan te brengen tussen de aanvragen waar extra casusregie noodzakelijk is en waar niet. De toegang kan niet overal bovenop zitten, en dat is ook niet nodig. In de meeste gevallen zijn cliënt en zorgaanbieder prima in staat om de regie te voeren.
  5. Gebruik data om je processen in te richten en te beslissen. Bij de toegang is in principe veel data voorhanden. Deze kan gebruikt worden om je processen in te richten en om je beslissingen te ondersteunen. Bijvoorbeeld door in kaart te brengen via welke routes zorgaanvragen lopen, en hoe deze verspreid zijn over het jaar. Je kan bijvoorbeeld zichtbaar te maken wanneer de zorg stagneert. Een andere optie is om een analyse te maken van wat een normale inzet van zorg is en wat afwijkingen zijn.

Een Toegang die werkelijk ingericht is als stuur van de jeugdhulp laat de afdelingen daaromheen beter functioneren. Signalen over misstanden bij aanbieders bereiken contractbeheer sneller. De toegang levert betere beleidsinformatie en kan helpen de beleidsdoelen te realiseren. Jeugdigen krijgen sneller duidelijkheid over de zorg en worden beter geholpen.

Wil je ook aan het stuur komen van de Jeugdhulp? TransitiePartners kan hierbij helpen. Neem contact op met één onze adviseurs.

Deel dit Bericht:

Meer artikelen.