Kleinschalige voorzieningen en reële tarieven

Iedereen is het erover eens: we moeten de gesloten jeugdzorg afbouwen. Beleidsmakers van gemeenten en jeugdhulpaanbieders streven ernaar om jeugdigen zo thuis mogelijk in de eigen regio op te vangen. Dit streven geldt niet alleen voor de gesloten jeugdzorg maar ook voor open residentiële voorzieningen. Eén van de vraagstukken is het bepalen van reële tarieven voor de kleinschalige zorg. Hier is nog onvoldoende aandacht voor. Met dit artikel verkennen we dit onderwerp.

Zorglandschap op de schop
Over het waarom van de afbouw van de gesloten jeugdhulp is inmiddels genoeg geschreven, bijvoorbeeld in de kamerbrief van de staatssecretaris uit juli 2022. Menig regionaal visiedocument heeft als doel om de hulp anders te organiseren en de gesloten jeugdhulp en grootschalige verblijfsvoorzieningen te vervangen door kleinschalige voorzieningen. De overgang naar kleinschalige voorzieningen is niet met een druk op de knop gerealiseerd. Alle betrokken partijen werken er hard aan om nieuwe instroom in de gesloten jeugdzorg te beperken en jongeren te laten uitstromen. Dat gaat geleidelijk. Wat betekent dit financieel?

Frictiekosten
De overgang betekent ten eerste dat bestaande gebouwen niet meer volledig bezet zijn. Nieuwe locaties kennen wellicht ook niet meteen vanaf dag één een optimale bezetting. Het is dus onvermijdelijk dat er frictiekosten ontstaan. Waarschijnlijk voor de duur van jaren. De ombouw vraagt een zorgvuldige planning van gemeenten en aanbieders, zowel zorginhoudelijk, vastgoedtechnisch als financieel. Een optie in de financiële uitwerking is om de beschikbaarheid te bekostigen.

Kleinschalige voorzieningen en reële tarieven
Het realiseren van voldoende plaatsen is één. Een volgende vraag is wat een reëel tarief is voor de nieuwe kleinschalige voorzieningen. Goede zorg mag wat kosten, maar niet meer dan nodig. Rechters hebben zich meerdere keren uitgesproken over hoe gemeenten reële tarieven moeten bepalen en wetgeving is in de maak.

TransitiePartners heeft een eigen tariefmodel dat meerdere regio’s gebruiken. Met dit model doorloopt een regio een transparant proces waarbij aanbieders nauw worden betrokken. De aanpak is in een rechtszaak getoetst en de gemeente werd in die zaak in het gelijk gesteld. Het model kent zes stappen. De eerste stap is om helder te definiëren wat het product of de dienst inhoudt. Bijvoorbeeld hoeveel professionele inzet is nodig en op welk opleidingsniveau. Bij kleinschalige voorzieningen is dit een uitdaging. Voor wie is de voorziening bedoeld en welke zorg ontvangt de jeugdige daar?

De prijs van betere jeugdhulp
Het uitgangspunt is dat gemeenten en aanbieders jeugdigen betere hulp willen bieden in de eigen omgeving. De kosten die daaraan verbonden zijn, kunnen we met het tariefmodel van TransitiePartners vertalen naar een reëel tarief. Met de inschatting van ‘de achterkant van een bierviltje’ verwachten we dat kleinschalige voorzieningen op een hoger tarief komen dan de meer grootschalige voorzieningen. In de praktijk zien we dat grotere locaties worden gesplitst in kleinere. De vaste kosten blijven dan hetzelfde, maar voor de kleinere groepen moet wel voldoende professionele inzet worden gegarandeerd. Als er zware zorg wordt geboden, is een doorlopende bezetting nodig. Het is duurder om deze te verdelen over bijvoorbeeld 4 plaatsen dan 16 plaatsen. Komen nieuwe, kleine locaties in de plaats van een grotere, dan is de personele component ook de kostenverhogende factor.

Voorbarige bezuinigingen
De ombouw naar kleinschalige voorzieningen is een grote verandering van zorglandschap. Het is inhoudelijk een goede ontwikkeling, waarbij alle betrokkenen nog het nodige te leren en te ontwikkelen hebben. Ook de financiële kant is een uitdaging. In de discussie over de hervormingsagenda jeugdhulp wil het rijk al bezuinigingen inboeken. Maar als we echt serieus werk maken van kleinschalige voorzieningen, dan moeten we om te beginnen rekening houden met structureel hogere tarieven per plaats dan bij grootschaliger voorzieningen. De hoop is dat de kleinschaligheid meer aandacht en betere hulp voor de jeugdigen betekent en dat hierdoor het verblijf korter is. Of dit zo is en of het financieel effect per saldo voordelig is, zal de toekomst leren.

Wil je meer weten over het tarievenmodel van TransitiePartners? Download dan de whitepaper.

Wil je meer weten over de eisen waaraan gemeenten moeten voldoen als het gaat om het vaststellen van reële tarieven, lees dan dit artikel.

Deel dit Bericht:

Meer artikelen.